Knolselderij timbaaltjes met oesterzwammen

Hoe pakken we dit aan:

1. Breng ca. 3 cm water aan de kook in een pan. Zet het stoommandje in de pan zodat die het hete water niet raakt, leg de knolselderijblokjes er in en stoom de blokjes in ca. 8-10 minuten gaar met het deksel op de pan. Stamp de blokjes fijn met een stamper.

2. Giet het water af uit de pan, doe de puree terug in de lege pan en laat onder voortdurend roeren in ca. 1-2 minuten op laag vuur een beetje vocht verliezen. Roer van het vuur af het eiwit en de kwark door de puree, breng op smaak met wat peper en zout. In de koelkast afgedekt laten afkoelen in ca. 30 minuten.

3. Verwarm de oven voor op 200°C. Maak ondertussen de vulling: hak de cantharellen fijn. Breng de bouillon met de madeira aan de kook en laat iets inkoken tot 200 milliliter. Meng de cantharellen, tijm en kwark door de bouillon. Laat nog 1 minuut garen en breng op smaak met peper en zout. Neem de pan van het vuur om af te koelen.

4. Vet de vormpjes in met wat Frylight bakspray. Knip een stukje bakpapier op de maat van de bodem van de vormpjes en leg die onderin. Schep er ongeveer driekwart van de knolselderijpuree in en druk tegen de wanden aan zodat er in het midden een holte ontstaat. Vul de holte met de cantharellen en dek af met de resterende puree. Zet de bakjes in een niet te grote ovenschaal en schenk er zoveel heet water omheen dat het water tot halverwege de bakjes komt.

5. Bak de timbaaltjes ca. 10 minuten in de voorverwarmde oven. Terwijl de timbaaltjes in de oven staan, het sjalotje bakken in wat Frylight bakspray. Voeg na 1 minuut de oesterzwammen toe en bak ze in ca. 5 minuten (afhankelijk van de dikte) rondom goudbruin en gaar. Bedruppel met de notenolie. Stort de timbaaltjes op een bordje door ze langs de zijkanten los te maken met een mesje. Let op dat het stukje bakpapier van de top van de timbaaltjes is verwijderd. Serveer de timbaaltjes met de gebakken oesterzwammen.

6. Tip:
   Lekker met wilde rijst (zie bijgerechten).